Om de temperatuurstijging en de gevolgen daarvan op het klimaat te beperken, moeten we onze manier van leven veranderen. Dat kan -om te beginnen- met kleine stapjes. Denk bijvoorbeeld aan minder vlees eten, de verwarming een graadje lager zetten en wat vaker het openbaar vervoer of de fiets pakken.
Die kleine initiatieven zijn belangrijk; ze bieden handelingsperspectief en vergroten de kans dat mensen ermee aan de slag gaan. Bovendien helpen alle kleine beetjes, en wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd. Maar hoe nobel al die kleine, goedbedoelde initiatieven ook zijn, het zijn slechts kleine stapjes die niet voldoende zijn om klimaatverandering tegen te gaan.
5 radicale stappen tegen klimaatverandering
Willen we echt een verschil maken, dan is er meer nodig dan vegetarisch eten en onze gasfornuizen vervangen door inductie (op groene stroom, uiteraard). In een ander artikel kwam ik vijf grote stappen tegen die je kunt zetten tegen klimaatverandering. Ik deel ze graag met je:
Stap 1: Radicaal efficiënt: maak alle huizen passief
De ijsbeer is een van de meest energie efficiënte dieren op aarde.
De meeste woningen en kantoren waar wij in wonen en werken zijn inefficiënte energieslurpers. Door onze bouwnormen aan te scherpen en bijvoorbeeld te eisen dat alle nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de passiefhuis-norm, kunnen we onze vraag naar energie flink verminderen. Energieneutraal is hierin niet het hele verhaal.
Bestaande huizen zullen we uitgebreid moeten renoveren. Een goed internationaal initiatief hierbij is Energiesprong, dat in Nederland bekend staat onder Stroomversnelling. Hier worden de bestaande gebouwen zo veel mogelijk naar de passiefhuis-norm gerenoveerd. Heb je alle naadjes en kiertjes van je huis gedicht hebt, je huis voorzien van een warme jas (plus skibril en handschoenen) en alleen nog LED-verlichting? Pas dan kun je denken aan technologische snufjes, zoals PV-panelen en een slimme thermostaat.
Stap 2: Radicale voldoening: genoeg is genoeg
Tijdens het schrijven van dit artikel zitten we midden in de coronacrisis, waarin ons leven noodgedwongen is teruggebracht naar de basis. Door de ‘intelligente lockdown’ reizen we alleen nog lokaal, is er minder reden tot haast, zijn we meer bereid anderen te helpen (ja, de meeste mensen deugen) en is er fors minder luchtvervuiling. Allemaal positieve gevolgen van het coronavirus. En is dat ‘basisleven’ dat we nu hebben zo slecht? Nu wordt duidelijk wat echt belangrijk is: sociale contacten met vrienden, familie en collega’s, een kopje koffie in de stad of samen sporten.
Hoeveel hebben we echt nodig om gelukkig te zijn? Wat we nodig hebben is ‘sociaal en mentaal’, niet ‘materiaal’. En dan heb ik het niet alleen over verre reizen en de hoeveelheid vlees op ons bord, maar bijvoorbeeld ook over de hoeveelheid woonkamer, bergruimte, tuin en badkamer. Hoe kleiner je huis immers is, hoe minder energie je nodig hebt om het te verwarmen, koelen of verlichten.
Wist je dat mensen in Wenen, de meest leefbare stad ter wereld, bijna allemaal in een appartement wonen? Blijkbaar is het groot genoeg om gelukkig te kunnen leven. Bovendien zijn we, als we compacter wonen, minder afhankelijk van onze auto’s en kunnen we sneller de fiets (of e-bike) of wandelschoenen pakken. Met minder auto’s ontstaat er meer ruimte voor groen in onze directe leefomgeving. Vind je een appartement echt geen optie? Overweeg dan een kleiner huis, zoals ik zelf ook heb gedaan.
Stap 3: Radicale eenvoud: houd het simpel
Innovatie en technologische ontwikkelingen hebben ons veel welvaart gebracht. De keerzijde van dezelfde medaille is echter klimaatverandering. Ook nu we werken aan de energietransitie in de strijd tegen die klimaatverandering, doen we regelmatig een beroep op technologische ontwikkelingen. Dergelijke innovaties, zoals waterstof, staan echter nog in de kinderschoenen terwijl we nu de klimaatverandering aan moeten pakken. Daarnaast blijven de nadelige gevolgen van technologische innovaties meestal onderbelicht.
Daarom is het beter om het simpel te houden of vast te houden aan bewezen technieken. Of gewoon te kiezen voor ‘domme’ apparaten met zo min mogelijk techniek. Want hebben we echt een robotstofzuiger nodig, die vervolgens kapot of onbruikbaar is door de drempels in huis? Eenvoud is vaak een voorwaarde voor betrouwbaarheid. Kortom, koester het KISS-principe: keep it simple, stupid.
Stap 4: Radicale matiging: koop gewoon minder
Consuminderen, zuinigheid, hergebruiken, het zijn termen die in onze consumptiemaatschappij en kapitalistische economie vaak lastig toe te passen zijn. We worden de hele dag door verleid om producten te kopen, en bovendien is een nieuw product kopen vaak goedkoper dan een kapot product repareren. Bijna alles wat we (goedkoop) kopen bevat echter fossiele brandstoffen, en de prijs die we daarvoor betalen is enorm. Goedkoop is uiteindelijk dus duurkoop.
Willen we het milieu echt sparen, dan zullen we het met minder moeten doen: minder kopen, minder gebruiken, minder reizen, minder verspillen en minder uitstoten. Dat vraagt om een andere manier van denken en leven, maar het kan! Daarvoor moeten we alleen wel een mentale knop omzetten. Zodra die knop is omgezet besef je echter wat je ervoor terug krijgt: meer tijd voor familie, minder (financiële) stress, rust in je hoofd en een betere gezondheid.
Stap 5: radicale transitie: andere bronnen
Tot slot zullen we af moeten van fossiele brandstoffen. Geen cv-ketels op gas maar warmtepompen, geen auto’s op benzine of diesel maar op elektriciteit en geen gasfornuizen maar inductiekookplaten. En natuurlijk, die stroom moet dan uiteraard wel van een duurzame bron komen. Geen energiecentrale op gas, kolen of biomassa, maar energie van de zon, de wind en het water. Gelukkig zie je dat deze energietransitie in een stroomversnelling begint te komen, zowel bij particulieren als bij bedrijven en de overheid.
Bij de bouw van onze gebouwen zullen we ook minder CO2 uit moeten stoten. Hout in plaats van beton, biobased isolatie in plaats van PUR, EPS of steenwol en zo min mogelijk kunststof gebruiken. Kortom, natuurlijke materialen.
Begin klein, maar denk groot
Het is dus goed om met kleine stapjes te beginnen (zoals minder vlees eten of de verwarming lager zetten), maar uiteindelijk is een omslag in ons denken en onze manier van leven nodig. Of dat erg is? Ik denk dat we in compactere woningen met minder spullen zeker niet ongelukkiger hoeven te zijn.
Veel dingen kunnen we echter niet alleen: het openbaar vervoer gebruiken kan alleen als er een betrouwbaar ov-systeem is en onze woningen duurzaam elektrificeren kan alleen als de stroom niet van de kolencentrale komt. Dat zullen we dus als meerderheid moeten eisen. Want als er maar genoeg vraag naar is, dan komt het aanbod vanzelf.