“Mijn woning passief maken? Nee hoor, mijn huis met een theelichtje verwarmen vind ik te ver gaan.” Ik kom soms hardnekkige, onjuiste beelden tegen als ik potentiële opdrachtgevers informeer over passiefhuizen. Dat is jammer, want als je objectief kijkt naar het idee en de uitvoering van een passiefhuis, dan is er volgens mij geen reden om niet voor passief te gaan.

Het verkeerde beeld van passiefhuizen

Bij passiefhuizen hebben te veel mensen een onterecht negatief beeld. Aan de hand van 8 veelgehoorde vooroordelen zal ik dat beeld weerleggen.

1. Je gaat terug in de tijd en levert in op comfort

Een passiefhuis staat volgens sommigen synoniem voor primitief bibberen met een dekentje op de bank en bij gebrek aan verwarming proberen je huis met een kaarsje warm te krijgen. Kortom, je levert in op je luxe en comfort.

Ik begrijp dat beeld, maar het klopt niet. Ja, een passiefhuis probeer ik met zo min mogelijk techniek en installaties te ontwerpen (tot daar klopt ‘het theelichtje-beeld’). Dat betekent echter niet dat je een stap terug doet in je comfort.

Sterker nog, bij een passiefhuis is juist veel aandacht voor comfortaspecten als temperatuur, daglicht, gezonde lucht, geluid en (duurzame) materialen. Omdat ‘de bouwkundige schil’ erg belangrijk is (dus de vloer, muren, ramen en het dak), voorkom je bijvoorbeeld tocht. Daarmee verhoog je het comfort juist, en daar kan geen installatie tegenop.

2. De ramen mogen niet open

Het is een hardnekkig gerucht dat de ramen niet open mogen. Voor passiefhuizen geldt juist dat de ramen op goede plaatsen moeten zitten en (inbraakvrij) open moeten kunnen. Ventilatie is namelijk essentieel, en daarmee ook het raam.

In de zomers zijn ramen belangrijk om tijdens de koelere nachten te ventileren. Dat voorkomt dat je een airco nodig hebt om een aangename temperatuur te krijgen. Overdag heb je de balansventilatie die helpt tegen opwarming en is het inderdaad beter om de ramen dicht, de koelte binnen en de hitte buiten te houden.

In de lente en herfst kan ik me goed voorstellen dat je overdag ramen open zet. Veel mensen vinden een briesje door je huis zeer prettig. Hierdoor leg je bovendien een verbinding met buiten.

Maar ook in de winter mag je best je ramen open doen om ‘te luchten’. Nodig is het echter niet, omdat er een effectief ventilatiesysteem aanwezig is. Dit systeem zorgt ervoor dat er 24 uur per dag gezonde lucht in huis is.

Wat wél passief is, is luchtdicht wonen - of kierdicht, want de ramen kunnen dus open.

3. Passief bouwen zorgt voor hitte in huis

Waar het beeld enerzijds is dat je in de winter moet koukleumen omdat je geen verwarming hebt, zou je in de zomer in een bloedheet huis moeten leven. Ook dat is gelukkig niet waar.

De isolatie die in de winter de kou buiten houdt en de warmte binnen, doet in de zomer precies het tegenovergestelde. Die isolatie houdt dan de warmte tegen. Je kunt het vergelijken met een thermosfles en een koelkast: ze zijn beide goed geïsoleerd, maar de een houdt warmte binnen en de andere juist buiten.

Met extra maatregelen als buitenzonwering en extra ventilatie ‘s nachts lopen de zomerse temperaturen in een passiefhuis bovendien veel minder hoog op dan in een andere woning.

4. Passiefhuizen hebben ingewikkelde verwarmings- en ventilatiesystemen

Je kunt het zo gek maken als je zelf wilt, maar een passiefhuis hoeft zeker geen ingewikkelde buizensystemen in de vloeren en plafonds te hebben. Een passiefhuis heeft inderdaad een ventilatiesysteem, maar dat geldt voor de meeste huizen van na 1975. Het verschil is dat het systeem autonoom werkt en je er dus in principe geen omkijken naar hebt. Bovendien kijkt zogenaamde balansventilatie niet alleen naar de afvoer, maar ook naar de aanvoer van lucht.

Als je huis goed ontworpen is, heb je verder maar weinig warmte nodig, en die kan via de ventilatie worden ingebracht. Een aparte verwarmingsinstallatie is dan niet meer nodig. Dat zorgt er uiteindelijk voor dat je juist genoeg hebt aan een eenvoudige technische installatie in plaats van een ingewikkeld systeem.

5. Isoleren kost meer energie dan het bespaart

Een passiefhuis is extreem goed geïsoleerd. Dat zie je terug in de vloeren en plafonds, maar ook in de muren en kozijnen. Dan kan het beeld ontstaan dat al dat (extra) isolatiemateriaal meer energie kost in de productie dan dat het bespaart. Ook dat is gelukkig niet waar!

Je isolatie 30 in plaats van 20 centimeter dik maken verdient zich bijvoorbeeld energetisch terug binnen 3 jaar. Door verder gebruik te maken van natuurlijke materialen, beperk je de energiebelasting van de productie (‘de voetafdruk’) nog meer. Dat maakt isolatie juist een bijzonder energiezuinige investering. Tel daarbij nog op dat ecologische materialen je comfort verhogen en breed toepasbaar zijn (als constructiemateriaal, dakbedekking en afwerking).

6. Zonnepanelen zijn effectiever dan je huis passief maken.

Natuurlijk kun je proberen je huis te verduurzamen met bijvoorbeeld zonnepanelen. Maar de duurzaamste energie is nog altijd de energie die je niet nodig hebt. Wat je niet nodig hebt, hoef je immers ook niet op te wekken met zonnepanelen op je dak of een windmolen in je tuin (bij wijze van).

Bovendien matchen vraag en aanbod van duurzame energie niet: want hoe doe je dat in de winter, als de zon weinig schijnt maar je wel je huis (elektrisch) wilt verwarmen? Bedenk ook dat de salderingsregeling over een paar jaar afgebouwd wordt en je dan afhankelijk bent van de schommelende prijzen op de elektriciteitsmarkt.

Kortom, het is effectiever om je huis zo te ontwerpen dat je de energie in de eerste plaats niet nodig hebt, dan een duurzame bron te zoeken voor onnodig energiegebruik. Extra voordeel daarbij is dat een zonnepaneel nog nooit een positieve bijdrage heeft geleverd aan het comfort van een woning. Beter glas of kierdichter bouwen bespaart niet alleen energie, maar resulteert tegelijkertijd in een hoger comfort. Win-win dus.

7. Passief is een architectonische belemmering

Architecten begrijpen dat een gebouw moet blijven staan. Daar houden ze rekening mee bij het ontwerpen van een constructie, zodat het niet instort. Maar wil je dat een gebouw blijft staan, dan moet je naast de constructie ook naar de toekomstbestendigheid kijken.

Veel architecten denken onterecht dat ‘passief’ een belemmering is voor hun werk en het ze beperkt in hun mogelijkheden. Dat is een verkeerde mindset: wil je dat jouw prachtige ontwerp blijft staan, dan moet je niet alleen een stevige constructie hebben, maar ook een ontwerp dat voorbereid is op de toekomst. En dan kun je nog steeds prachtige ontwerpen maken!

8. Passief is duur en je verdient de investering niet terug

Tot slot is er ‘het geld-argument’: een passiefhuis is duur en je verdient de investering niet terug. Misschien is het misverstand hier dat iets wat beter is ook duurder moet zijn, maar ook dat beeld kan ik weerleggen.

Lees in dit artikel meer over de kosten van en energiezuinige woning

Vanuit een ‘total cost of ownership’ zijn de kosten van een passiefhuis altijd lager. Maar dat betekent niet dat de investeringskosten zo hoog zijn dat je de eerste jaren fors meer betaalt dan bij een niet-passiefhuis. De woonlasten van een passiefhuis zijn namelijk vanaf het begin al lager, omdat de energiebesparing de eventuele meerkosten van een hogere hypotheek compenseert. Bovendien kun je ook in de bouwkosten besparen, afhankelijk van de materialen die je kiest.

Tot slot worden passiefhuis-technieken steeds meer de standaard: mechanische ventilatie, geïsoleerde kozijnen, drievoudige beglazing en warmteterugwinning, je ziet het steeds vaker terug. Dat betekent dat de productie omhoog gaat en de prijs omlaag, wat passiefhuizen steeds goedkoper gaat maken.

Waarom zou je (g)een passiefhuis willen?

Een passiefhuis is een extreem energiezuinig gebouwde woning, waarbij het doel is het energiegebruik voor het verwarmen en koelen zo veel mogelijk te beperken. Dat kan door slim gebruik te maken van passieve warmtebronnen zoals de zon, maar ook de inwoners, warmte uit ventilatielucht en huishoudelijke apparaten. Pak je het ontwerp en de bouw slim aan, dan is er nauwelijks warmteverlies en hoef je ook niet bij te verwarmen (of te koelen).

In dit artikel ga ik uitgebreider in op wat een passiefhuis is

Als je het zo leest, klinkt het positief, toch? Is het dan ‘de angst voor het onbekende’, ‘onbekend maakt onbemind’, of de Hollandse ‘doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’-mentaliteit die ons tegenhoudt? Want als je objectief naar het hele plaatje kijkt, dan is er eigenlijk geen reden om niet voor passief te gaan.

Passief, (n)iets voor jou

In dit artikel heb ik geprobeerd negatieve en onjuiste beeld van passiefhuizen te weerleggen. Heb jij ook nog vragen over wat passief (niet) is of twijfel je of het ook iets voor jou is? Neem dan zeker contact met mij op.

8 vooroordelen over passiefhuizen, én de weerlegging
Getagd op: